Landbouw te rijk, natuur te schraal
In onze landbouw ligt vaak de nadruk op maximale productie. Die is alleen haalbaar met forse input van onder meer kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Het is daarmee een kwetsbaar systeem, want de afhankelijkheid van deze externe inputs is groot. Daarnaast is er vanuit de maatschappij meer aandacht voor negatieve effecten van dergelijke middelen, zoals vervuiling van water en bodems en het verdwijnen van flora en fauna. Ook terreinbeherende organisaties, zoals Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer, staan voor een uitdaging. Vooral biodiversiteit die vroeger veel voorkwam in de oude cultuurlandschappen staat erg onder druk in Nederland. Het verweven van landbouw en natuur, zoals bij florarijke akkers, is dan nodig om die soortenrijkdom weer terug te krijgen. Daarnaast is er boerenkennis nodig om het beheer goed uit te voeren.
Natuur als partner van landbouw
Juist florarijke akkers vormen bij uitstek een vorm van beheer die een verbinding legt tussen de wereld van de landbouw en die van de natuur. Het gaat om percelen waar voornamelijk granen worden geteeld, maar de akkers worden wel veel minder intensief bemest en bewerkt. Door deze extensievere teelt ontstaat er ruimte voor een heel diverse en zeldzame flora waarvan korenbloemen en klaprozen het bekendste zijn. Er zijn echter meer dan honderd soorten die bij deze groep akkerbloemen horen. Zij zorgen niet alleen voor een heel aantrekkelijk landschap, maar leveren ook een belangrijke bijdrage aan een breed biodiversiteitsherstel. Veel insecten en bestuivers als wilde bijen maken namelijk dankbaar gebruik van akkers waarop deze bloemen bloeien. En ook vogels en zoogdieren als de korenwolf kunnen voedsel en dekking vinden.
Flora-akkers vormen samen met kruidenrijk hooilandranden een basis voor de groene dooradering in een landbouwgebied. Het gevolg is dat plaaginsecten effectief bestreden kunnen worden zonder de inzet van insecticiden. Maar dat is niet de enige manier waarop de landbouw profiteert van natuur. Flora-akkers bieden ook de mogelijkheid om heel andersoortige granen te verbouwen dan de veel geteelde wintertarwe en zomergerst, denk aan oude soorten of rassen als emmertarwe, eenkoren en spelt. Deze kunnen vermarkt worden via lokale afzetketens met meerwaarde voor de boer, verwerker en consument.
Advies en begeleiding op maat in natuurinclusieve projecten
In verschillende provincies werkt het Louis Bolk Instituut met succes aan het integreren van landbouw met natuur. Dit hebben we sinds 2008 in vele projecten gedaan voor terreinbeherende organisaties, natuurcoöperaties of natuurinclusief werkende boeren. De uitvoering doen we bijna altijd in samenwerking met ecologen van Bureau Natuurbalans in Nijmegen. Het doel is altijd om de natuurkwaliteit van dit soort akkers te verbeteren, maar in sommige projecten gaan we een stap verder door ook te helpen bij het ontwikkelen van de verwerking en afzet. Hierbij werken we nauw samen met andere voorlopers op het gebied van natuurinclusief boeren.
In Zuid-Holland voeren we bijvoorbeeld projecten uit in de Van Pallandtpolder en het Buijtenland van Rhoon, waarbij ook wordt meegedacht over de afzet van de geoogste producten: zo wordt het graan verwerkt tot streekbier, ambachtelijk zuurdesembrood en whisky en vinden deze hun weg naar consumenten die oog hebben voor producten met een verhaal. Lees hierover het artikel verschenen in Ekoland 'Flora-akkers als basis voor brood en bier'. Ook in Overijssel, Limburg, Gelderland, Utrecht en Noord-Brabant zijn we actief. Onze rol is zowel praktisch als strategisch: zaken als vruchtwisseling, bewerkingen en bemesting zijn op iedere locatie anders en luisteren nauw. Onze agronomische adviezen zijn dus op maat en altijd gericht op de beoogde natuurdoelen. Verder vormen we vaak de strategische brug tussen agrarische ondernemers aan de ene en natuurbeherende organisaties aan de andere kant. Professionals uit deze twee werelden kennen elkaars doelen en belangen vaak niet en verbinding creëren is dan cruciaal.
Klinkende resultaten
Inmiddels is de kwaliteit van meer dan 200 flora-akkers door heel Nederland verbeterd en hebben we gezien dat zowel in natuurgebieden als in agrarische landschappen succesvolle flora-akkers een belangrijke bijdrage leveren aan de insectenstand (o.a. wilde bijen, vlinders, sprinkhanen) als vogelstand. De akkerfloraprojecten die het Louis Bolk uitvoert duren over het algemeen drie tot vier jaar. In deze periode hebben deelnemers voldoende kennis opgebouwd om ook na afloop van het project natuur en landbouw te blijven integreren.
Lees ook
Proeftuin Van Pallandtpolder: akkerbouwer en veehouder werken samen aan natuurinclusieve kringlooplandbouw
Buijtenland van Rhoon: transitie naar natuurinclusieve landbouw